WAT ZIJN CACTUSSEN ?
CACTUS FAMILIE (CACTACEAE)
De familie van de Cactussen is een groep planten die droge omstandigheden kan overleven.
Cactussen behoren tot de Succulenten (Vetplanten) en kunnen langere tijd zonder vocht.
Cactussen kunnen water opslaan in watercellen in de stam, de bladeren en in de wortels.
|
HABITAT VAN CACTUSSEN ZIJN DROOGTE-GEBIEDEN
Cactusssen zijn droogteplanten (xerofyten) die zijn aangepast om droge omstandigheden te overleven.
Cactussen groeien in:
-- droogtegebieden zoals half-woestijnen, maar niet in woestijnen.
In deze gebieden is het vaak maandenlang droog, of het hele jaar door droog.
Vaak is er een seizoen waarin heel weinig neerslag valt.
Terwijl in andere seizoenen wel voldoende regen valt.
Of er valt het hele jaar weinig of geen neerslag.
-- vochtige tropische regenwouden in Midden-Amerika en Brazilië.
Cactussen groeien op andere planten als epifyt.
Habitat = groeigebieden van een bepaalde soort.
Xerofyten = planten die aangepast zijn aan droge omstandigheden.
Epifyten = planten die groeien op andere levende planten zonder zich hiermee te voeden.
LANDEN WAAR CACTUSSEN GROEIEN
Cactussen groeien op één soort na in de landen van Noord Amerika, Midden-Amerika en Zuid Amerika.
|
AANPASSINGEN AAN DROOGTE-PERIODEN BIJ CACTUSSEN
Cactussen hebben zich aangepast om te overleven in gebieden waar het vaak lange tijd droog is.
Deze aanpassingen hebben vooral met het beperken van de verdamping van Cactussen te maken.
De aanpassingen aan droogte-perioden zijn:
-- een dikkere waslaag (cuticula), waardoor de verdamping minimaal wordt.
-- minder huidmondjes per cm², zodat er minder vocht verloren gaat door verdamping.
Daardoor kunnen Cactussen minder assimileren dan gewone planten.
Maar ze verliezen door minder huidmondjes (stomata) ook minder vocht.
-- dieper liggende huidmondjes (stomata).
-- opslag van vocht in watercellen in de bladeren, stengels, of wortels.
-- kleine blaadjes of ontbrekende bladeren.
-- rustperioden tijdens droogte-periode(s).
-- speciale stofwisseling.
|
DOORNS VAN CACTUSSEN
De doorns van Cactussen zijn geëvolueerd (geleidelijk ontwikkeld) uit bladeren.
De doorns beschermen een Cactus tegen de zon, kou, en tegen het opeten door dieren.
Doorns bij Cactussen staan in verbinding met het interne weefsel door vaatbundels.
Stekels bij planten
Stekels bij planten ontstaan uit de opperhuid, en staan niet in contact met het innerlijk van een plant.
Doorns zijn dus geen stekels, want doorns zijn wel verbonden met het innerlijke weefsel van een plant.
|
KOOLSTOFASSIMILATIE (FOTOSYNTHESE)) BIJ CACTUSSEN: CAM
Koolstof-assimilatie bij Cactussen
Bij de koolstofassimilatie maken Cactussen energie met behulp van licht.
Cactusen maken glucose uit CO2 (koolzuurgas) en water (H2O), en geven hierbij zuurstof (O2) af aan de omgeving.
De fotosynthese vindt plaats in de bladgroenkorrels van de stammen (stengels) van Cactussen.
De fotosynthese vindt meestal niet plaats in de bladeren, want de meeste Cactussen hebben geen bladeren.
De ontstane glucose kan wordt gebruikt als brandstof (energie) en als bouwstof.
Dit is de zogenaamde lichtreactie waarbij energie wordt gevormd.
Synthese van andere stoffen uit glucose
Uit de ontstane glucose worden andere stoffen gevormd door Cactussen.
Deze gevormde stoffen zijn koolhydraten, eiwitten, en vetten.
CAM bij Cactussen
Cactussen en Vetplanten kunnen op een andere manier assimileren dan de gewone planten.
Cactussen en Vetplanten kunnen hun huidmondjes overdag dicht houden om verdamping tegen te gaan.
Omdat het overdag vaak warm is zouden Cactussen overdag veel vocht verliezen door verdamping.
In de avond doen Cactussen hun huidmondjes open om te assimileren.
In de avond en nacht nemen de huidmondjes koolzuurgas (CO2) op, en staan zuurstof (O2) af.
Tegen de ochtend sluiten de huidmondjes zich.
Deze vorm van assimilatie heet Crassula-Zuur-Metabolisme (CAM).
Droogtestress en CAM
Bij heel warm weer houden Cactussen zowel overdag als 's nachts hun huidmondjes dicht.
Dit voorkomt dat ze ok in de nacht teveel vocht verliezen aan de buitenlucht.
Verklaring van de termen
assimilatie = vorming van organische stoffen door planten. verwerking,
CAM = Crassula Acid metabolism.
dissimilatie = katabolisme = afbraak.
katabolisme = afbreken van grote moleculen in kleinere moleculen in de cel(len) van een organisme.
Tijdens katabole afbraak ontstaat chemische energie,
die een organisme kan gebruiken voor bepaalde lichaamsfuncties.
Voorbeelden: glycolyse, de citroenzuurcyclus.
|
ETYMOLOGIE VAN HET WOORD CACTUS
Etymology = herkomst van woorden.
Cactus = cactus (Latijn), meervoud: cacti.
Cactus = Káktos (Oud-Grieks).
|
BLOEI VAN CACTUSSEN
Cactussen bloeien overdag (dagbloeiers) of 's nachts (nachtbloeiers).
|
VETPLANTEN
Cactussen behoren tot de Vetplanten (Succulenten).
Vetplanten zijn planten die watercellen hebben in hun wortels, stengels en bladeren.
In deze watercellen kunnen Vetplanten water opslaan om droge tijden te overleven.
Vetplanten behoren tot de "xerofyten": planten die gebouwd zijn om droogte-perioden te overleven.
|